Twee uitwedstrijden voor Quinnipiac Bobcats dit weekend. Allebei dichtbij maar de korte reistijd werd weer teniet gedaan door twee keer een overtime. De ene werd gewonnen, de andere bleef onbeslist. Genoeg om in de rankings naar boven te kunnen kijken. De Bobcats stijgen in de drie belangrijkste rankings.
Yale Bulldogs – Quinnipiac Bobcats 2-3 (OT)
Je hebt ze in allerlei soorten en maten. De Hobey Baker Rink van Princeton is een fraaie maar de Ingals Rink waar Yale Bulldogs zijn thuiswedstrijden speelt is misschien nog wel mooier. De spelers van Quinnipiac konden op de fiets want ‘The Whale’, zoals de hal ook wel wordt genoemd, is nog geen vijftien kilometer van de campus van Quinnipiac University. Een echte derby dus.
Tekst gaat verder onder de foto
Guus van Nes stond, met dezelfde spelers als een weekend eerder, in de tweede lijn. Een lijn die kracht en snelheid brengt en veel druk weet te zetten op de tegenstander. De wedstrijd had dat ook nodig want hoewel de Bobcats op papier de betere ploeg zijn liep het allemaal niet vanzelf. De wedstrijd ging op en neer nadat Yale al in de eerste minuut op 1-0 was gekomen. Geen van beide teams kon het heft echt in handen pakken, laat staan houden.
Bobcats weten winst niet te pakken in 60 minuten
Pas ver in de tweede periode wist Alex Whelan de gelijkmaker te scoren voor Q-pac. In de derde periode begon Quinnipiac sterk en dat werd beloont met de 1-2. In een twee tegen één situatie maakte Joe O’Connor zijn misser direct goed door in tweede instantie wel het net te vinden. Heel lang bleef die gunstige stand voor de Bobcats op het scorebord staan. Met iets minder dan drie minuten te spelen wist Yale echter de gelijkmaker te scoren en de overtime in de wacht te slepen.
Veel schoten de Bulldogs daar echter niet mee op. Een in overtime verloren NCAA wedstrijd geeft je geen punten en telt gewoon als een verliespartij. En dat is wat Odeen Tufto hen bezorgde. De topscorer van Quinnipiac had slechts achttien seconden nodig in de extra tijd om de winst mee terug te nemen naar Hampden.
Voor de Bobcats telde deze winst in overtime als een echte winst in de statistieken en kwam de teller met winstwedstrijden nu op zeventien te staan.
Tekst gaat verder onder de video
Brown Bears – Quinnipiac Bobcats 2-2
Ook op zaterdag maakte Quinnipiac het zichzelf moeilijk. Waar het tegen Yale op een 1-0 achterstand kwam, kwam het tegen Brown Bears zelfs op een 2-0 achterstand. Aan de lange reis kan het niet hebben gelegen want Brown speelt relatief dichtbij en de reis naar Providence, Richmond is binnen twee uur te doen.
De Bears startte beter en wisten het de Bobcats in de opbouw moeilijk te maken. De kansen die Quinnipiac kreeg wist het dan weer niet te benutten. Met de Zamboni al klaar voor de eerste dweilpauze wist Brown het net wél te vinden en zette de 1-0 op het scorebord.
Tekst gaat verder onder de foto
Een opsteker voor de thuisploeg want de tweede periode waren zij de betere en met iets meer dan twee minuten te spelen in het middenstuk werd het zelfs 2-0. Dankzij Ethan de Jong werd dat niet de tweede ruststand. De Zamboni had deze keer de wielen al bijna op het ijs toen hij met nog drie seconden te spelen in de periode de 2-1 binnenwerkte.
De Bobcats putte daar flink wat vertrouwen uit want aan het begin van de derde periode scoorde Alex Whelan zijn tweede goal van het weekend en de 2-2 in deze wedstrijd. Van Nes en zijn team waren in deze periode de betere maar wisten niet te profiteren. Even leek het of Wyat Bongiovanni de 2-3 had gescoord maar in de review bleek dat de puck niet over de doellijn was gegaan. Ook in de extra tijd werd er niet meer gescoord waardoor Quinnipiac voor de tweede keer dit seizoen gelijk speelde.
Goede uitgangspositie in ECAC
Geen winst dus voor de Bobcats maar wel een belangrijk gelijk spel waarin de ploeg zich, voor de tweede keer dit weekend, knap wist terug te knokken in de wedstrijd. Ook voor de ranglijst in de ECAC was het belangrijk. Quinnipiac staat daar nu derde en is Harvard gepasseerd.
Onze landgenoot was tevreden over de wedstrijd tegen Yale: “Beide wedstrijden waren goed maar tegen Yale, dat is iets speciaals. Zij zijn onze grootste rivaal en we speelden daar een hele goede pot. Het was met de hele ambiance er omheen een echte topwedstrijd.” Tussen de 3300 toeschouwers zaten ook heel veel fans van Quinnipiac die de 15 km hadden weten af te leggen naar de Ingalls Rink. Tegen Brown zaten er nog geen 650 toeschouwers op de tribunes. “Dat was een stuk moeilijker. We hadden een langzame start en het was lastig om, met bijna een leeg stadion de energie op te brengen. We speelden niet onze beste wedstrijd maar het had nooit een ’tie’ mogen worden…” vervolgde Van Nes.
Komend weekend zijn ECAC-genoten Clarkson (20-6-2) en St. Lawrence (3-21-4) de tegenstanders. Met Clarkson heeft Quinnipiac nog een rekening openstaan. Op 11 januari wisten de Golden Knights de Bobcats met 5-2 te verslaan. Op de verjaardag van Van Nes wil Quinnipiac zeker revanche nemen.
Tekst gaat verder onder de foto
Hobey Baker Award
Hobey Baker is niet alleen de naamgever van het stadion waar Princeton zijn thuiswedstrijden speelt. Het multi-sporttalent uit het begin van de vorige eeuw gaf zijn naam ook aan de jaarlijkse prijs voor de beste speler in de NCAA.
Dit jaar wordt voor de veertigste keer de Hobey Baker Award uitgereikt. Vorige maand werd de long-list bekend gemaakt met 78 spelers. Zestien daarvan spelen voor ECAC teams en twee komen er uit voor Quinnipiac Bobcats. Derdejaars (junior) Odeen Tufto en sophomore (tweedejaars) Wyatt Bongiovanni staan op de deze lijst. Via hobeybaker.com/vote kan er gestemd worden en wordt er uiteindelijk een top-tien gemaakt waaruit de winnaar wordt gekozen door een commissie.
Tekst gaat verder onder de foto
De eerste winnaar van de Hobey Baker Award was Neal Broten in 1981. Broten speelde voor de University Minnesota en later in de NHL voor onder andere Minnesota North Stars (13 jaar) en New Jersey Devils waarmee hij in 1995 de Stanley Cup won. In 1980 won hij in Lake Placid Olympisch goud.
Andere winnaars van de Award zijn onder andere Paul Kariya (1993), Ryan Miller (2001), Jack Connolly (2012), John Gaudreau (2014) en Jack Eichel (2015). De laatste winnaar is Cale Makar (2019) die dit seizoen een prima debuut maakt in de NHL bij Colorado Avalanche.
Tekst gaat verder onder de foto
Rankings
In de verschillende rankings blijft Quinnipiac het goed doen. Door de resultaten van afgelopen week stijgt de ploeg van Van Nes in twee van de drie belangrijkste. Ze gaan van 14 naar 13 in de PairWise Ranking. In de ranking die USA Today uitbrengt blijven ze staan op plaats 15. Bij USCHO staan ze deze week ook op 15. Eén plaatsje hoger dan vorige week. Komende tegenstander Clarkson staat hierin op een vijfde plek.
USCHO Division I Men’s Poll – 10 februari 2020
Rnk | Team | (First Place Votes) | Record (W-L-T) |
Points | Last Poll |
1 | North Dakota | (48) | 21-3-3 | 998 | 1 |
2 | Cornell | (1) | 17-2-4 | 927 | 2 |
3 | Minnesota State | (1) | 26-4-2 | 920 | 3 |
4 | Minnesota Duluth | 17-9-2 | 794 | 6 | |
5 | Clarkson | 20-6-2 | 787 | 5 | |
6 | Denver | 17-6-5 | 739 | 7 | |
7 | Boston College | 16-8-1 | 704 | 4 | |
8 | Massachusetts | 18-9-2 | 684 | 8 | |
9 | Penn State | 18-9-3 | 596 | 9 | |
10 | Arizona State | 20-9-3 | 529 | 11 | |
11 | UMass Lowell | 15-7-5 | 465 | 14 | |
12 | Northeastern | 15-8-2 | 431 | 12 | |
13 | Ohio State | 16-10-4 | 367 | 13 | |
14 | Providence | 14-9-5 | 363 | 10 | |
15 | Quinnipiac | 17-9-2 | 294 | 16 | |
16 | Bemidji State | 16-8-4 | 180 | 18 | |
17 | Maine | 15-9-4 | 159 | NR | |
18 | Harvard | 11-7-4 | 150 | 17 | |
19 | Northern Michigan | 16-10-4 | 146 | 15 | |
20 | Sacred Heart | 18-8-2 | 92 | 20 |
Andere teams die punten ontvingen: Michigan State 67, Western Michigan 42, Minnesota 32, Notre Dame 10, AIC 8, Bowling Green 7, New Hampshire 4, Boston University 3, Michigan 2