‘Als je wint, heb je vrienden. Rijen dik, échte vrienden.’ Liefhebbers die muziek uit de jaren ’80 hebben geluisterd, zullen het nummer van Herman Brood en Henny Vrienten ongetwijfeld herkennen. De sensationele internationale opmars van de Oranje ijshockeydames is niet onopgemerkt gebleven. Enerzijds niet in de ijshockeywereld, anderzijds krijgt de ploeg nu, compleet terecht, meer media aandacht. Maar vooral: steeds meer waardering en respect.
ORANJE: VANUIT HET NIETS
Vanuit het niets. Wie de eerste drie woorden leest van de titel, zal zich daarin herkennen. Velen hebben de vrouwelijke tak van onze sport niet intensief gevolgd, anders dan een incidenteel bericht wat ze voorbij zagen vliegen. Maar vanuit het niets is het niet, verre van zelfs. Al jaren lang wordt er keihard gewerkt door de dames om zo hoog mogelijk te spelen. Meisjes die op hun dertiende al bij de selectietrainingen aanwezig waren, omdat er nooit een jeugdteam U18 was. En dus al vroeg A-international werden. Die meiden zijn nu veelal volwassen vrouwen. Vrouwen met een missie. Die de wereld willen gaan veroveren en daar alles voor opzij zetten, met een honger die niet te stillen is. Die een drive én een focus aan de dag leggen, die men veelal bij mannen in de top gewend is. Maar tijden veranderen. Niet alleen in het ijshockey, ook in andere sporten rukken de vrouwen met rasse schreden op naar de top. Of zijn ze al een tijd lang ‘dominant’ aan de mannentak. Voorbeelden genoeg met onder meer handbal, waterpolo, volleybal, voetbal, atletiek, tennis of zwemmen.
DOORSTROOM
Waar het Nederlandse mannen ijshockey al jaren een U18 en U20 niveau heeft om talenten aan internationale weerstand te laten wennen en door te laten stromen naar het grote Oranje, hebben de dames dit pas sinds 2017. Zoals gezegd is het jaren lang normaal geweest om jonge meisjes al bij de selectie trainingen te halen, die vrij rap A-international werden. Eén van de vele voorbeelden is Mandy Flink, want op haar twaalfde trainde ze al met Oranje mee. “Ik herinner me nog goed dat ik op een toernooi in Groningen een assist gaf op Mieneke de Jong en dat ze vroeg ‘wie gaf die pass?’. Ik stak mijn hand op en dat was natuurlijk heel grappig, omdat ze dat totaal niet verwachtte.” In 2015, op zestienjarige leeftijd, maakt Flink haar debuut op een WK voor Oranje. De ploeg pakte het zilver in China en vanaf dat jaar is de Zoetermeerse min of meer vaste waarde voor het Nederlands team.
INTERNE STRIJD
Onder aanvoering van Jenny en Marlies Goessens werd er geknokt voor een Nederlands U18 meidenteam. Er was weerstand, de feitenkennis was niet op orde, niet iedereen was in beeld en dus was jaren lang was het antwoord ‘nee’ om een U18 Dames team te beginnen. Maar de Limburgse dames gaven niet op en blijven aan de poorten van IJshockey Nederland rammelen. Uiteindelijk gaat de bond overstag en kan het in februari 2018 eerste WK in Mexico gespeeld worden, waar U18 ook nog eens goud pakt.
“Er werd heel lang gezegd dat er te weinig meiden ijshockey speelden om een doorgroei te te kunnen realisereren en mee te kunnen doen op WK’s. Daarop zijn wij toen met de Girls Events begonnen en kwamen we erachter dat er nog veel meer meiden ijshockeyen, dan dat er bekend waren. Clubs hebben lange tijd meisjes niet aangemeld. Ook vandaag de dag is dit nog steeds een probleem, want er zijn veel meer speelsters dan er op de lijst staan. Na lange tijd hadden we eindelijk in beeld wat er in Nederland aan meisjes rondschaatste. Ik heb toen ons plan neergelegd en daarop kregen we groen licht om te starten.” zegt Jenny Goessens.
DE KLIM NAAR BOVEN
Een jaar na het debuut van Flink in China, volgt het WK in Italië in Divisie 1B. In Asegio komen de dames stroef op gang en moeten zij op de laatste dag handhaving in de divisie veilig stellen. Nederland wint zelf van Letland, maar wordt ‘geflikt’ door Kazachstan (dat verliest van Italië) in overtime en vooral Hongarije. Die laatste heeft het goud al, maar vindt het wel best. China wint en wipt over Nederland heen in de stand en zo degradeert Oranje naar 2A.
In Zuid-Korea pakt Nederland dan het zilver, achter het gastland dat zich klaarstoomt voor de Olympische Spelen. Je merkt aan alles dat Oranje meer wil, meer kan en van zichzelf meer moet. Het eerste signaal volgt in Slovenië, waar de ploeg van Joep Franke met vijf winstpartijen het goud pakt en terugkeert naar 1B. Vanuit de dames komt de wens om de grens nóg verder te leggen. In aanloop naar het WK in Bejing worden trainingskampen belegd en er wordt op Papendal getraind. Oranje-fysio Lonneke van Soest neemt daarin het voortouw en mede door haar komt meer aandacht voor off-ice. Regelmaat, alternatieve sporten meepakken, testen en krachttrainingen worden in de trainingsweken geïntegreerd. Het betaalt uit. En hoe! Als een wervelstorm raast Oranje door het WK in China, wint vijf keer en pakt op onnvavolgbare wijze de titel in 1B en promoveert voor het eerst in de historie naar Divisie 1A.
HUNTING TOGETHER
Glynis Barton, die met haar 33 jaar de routinier is, gaat in april haar zestiende WK spelen. “Als je kijkt waar we in 2005 stonden en waar we nu staan, is dat echt een wereld van verschil. Ik ben heel trots dat we deze groei gemaakt hebben. Ondanks ‘mijn leeftijd’, ben ik nog steeds één van de snelsten van het team en leer ik ieder seizoen nog bij. Het is fantastisch om een WK te spelen, hier heb je immers het hele jaar voor getraind.” Sinds vorig jaar is het team herkenbaar aan de slogan ‘Hunting Together’. “Via Together we Hunt zijn we uiteindelijk met Face-Off op Hunting Together uitgekomen. Het slaat écht op ons team. Iedereen draagt op zijn manier een steentje bij. Van staf, tot coach, tot materiaalman. Van keeper, tot rookie, tot goalgetter. Omdat we samen zo ver zijn gekomen.”
Met een duidelijke missie en slogan hoopt Barton ook sponsoren aan het team te kunnen binden. “Nu kan iedereen aansluiten en ons helpen met dit avontuur. Maar de oorsprong ligt in onze pack. Gemotiveerde spelers met één doel, voor elkaar en met elkaar. Ons team heeft een eigen identiteit. We zijn misschien niet de meest technische ijshockeyers in de wereld. Wel het gekste en meest hechte team. Ik geef je een mooi voorbeeld: Meteen op de eerste dag van het WK verbouwen we de eetzaal, zodat we allemaal samen aan één tafel kunnen eten. Als team. Op en buiten het ijs is het kei- en keihard werken. In het kleedlokaal gaan de speakers aan en bouwen we samen keihard een feestje. Dát heeft ons zo ver gebracht, dat we nu bij de zestien beste landen van de wereld horen.”
‘VERGELIJKEN IS ONZIN’
Dat Face-Off vanaf haar prille begin direct achter het vrouwenijshockey is gaan staan én partner is van de U18 dames, blijkt meer dan terecht. “Achteraf is het makkelijk praten natuurlijk, maar wij geloofden en geloven heilig in de vrouwen. Sommige mensen verwarren in mijn ogen vaak twee dingen. Zij denken dat wij tegen de mannen zijn, omdat wij heel helder uitspreken dat wij ambassadeur zijn van de dames. Wij staan achter alle Oranje teams, alleen bepalen wij als private partij nog altijd zelf waar wij qua avontuur instappen. Het vergelijken van mannen- en vrouwen ijshockey is ook totaal zinloos.” zegt Ed Versteeve, ambassadeur van het dames ijshockey en eigenaar van Face-Off.
“Het vrouwen ijshockey is lange tijd de underdog geweest en eerlijk is eerlijk; wij houden wel een beetje van underdogs. Er werd en wordt een beetje lacherig over de dames gedaan, al wordt dat een stuk minder door de resultaten. De realiteit van nu is echt een hele andere: het vrouwenteam is ontegenzeglijk het vlaggenschip van Nederland. Kijk maar gewoon simpel naar de simpele feiten, zoals het er nu voor staat qua ranking en divisies. Het mannenteam pendelt tussen 2A en 1B, maar kan simpelweg de volgende stap niet zetten om structureel in 1B te spelen. Ten minste, zo lijkt het. Sinds de invoering van het nieuwe divisiesysteem, heeft het nooit Divisie 1A gespeeld. Tegenstanders die eerder in de oude divisie 1 tegenstander waren, hebben die stappen wel gemaakt.”
“De spelers van Tilburg Trappers wel of niet in het team, scheelt een slok op een borrel op dit moment. Daarnaast zijn er aardig wat goede spelers die niet voor Oranje kunnen of willen spelen. Ik bemoei me niet met redenen van spelers of coaches verder. Voorbeelden? Kevin en Mitch Bruijsten, Mike Dalhuisen, Nardo Nagtzaam en Max Hermens bijvoorbeeld. Dat zijn spelers die Oranje een boost zouden kunnen geven. Misschien vergeet ik er zelfs nog wel een paar. Nogmaals, ik oordeel niet over redenatie van welke kant ook, soms kan of past het blijkbaar niet, maar het speelt wel degelijk vaker bij de mannen. Bij de vrouwen heb je dat niet, of in ieder geval veel minder. Daar wil iedereen voor Oranje spelen en deel uitmaken van deze bijzondere eenheid.” signaleert Versteeve.
“Als je kijkt naar de U20 en U18 bij de mannen zie je dat ook wel redelijk terug. U20 speelt nu twee seizoenen in 2B, daarvoor enkele jaren 2A. Bij U18 is dat beeld niet anders: het pendelt sinds 2012 tussen 2B en 2A en ook daar kan de volgende stap niet gezet worden. U20 pakte afgelopen maand het zilver in 2B en liep promotie mis. U18 gaat komende maand in Bulgarije proberen terug te keren naar 2A. Conclusie vanaf de zijlijn: we zijn ook met de jonge mannen zoekende naar aansluiting op korte en lange termijn op hogere niveaus.”
“De Olympische ambities van 2018 konden de prullenbak in en hoe lang we al roepen dat we met de heren naar de top-16 van de wereld moeten, weet ook inmiddels niemand meer. Als je met termen als op termijn blijft schermen, niet concreet genoeg wordt en voor de buitenwereld niet kritisch genoeg intern evalueert verandert er niets. Laat voorop staan dat ik hoop dat de mannen ook aansluiting vinden hogerop, dat is alleen maar goed. Maar voor buitenstaanders is het wel een gegeven dat er geen concrete stappen vooruit worden gemaakt in tastbaar resultaat. Het technisch beleid is daar de afgelopen jaren in mijn ogen niet gewoon niet succesvol in geweest. “, aldus Versteeve.
DE PERS KRIJGT LUCHT VAN ORANJE DAMES
Dat de prestaties van de dames opvallen is natuurlijk logisch. We zagen het al bij het WK U18 Dames in Eindhoven, maar we zagen het rond het interlandweekend tegen Oostenrijk nogmaals. De Volkskrant, Brabants Dagblad, Eindhovens Dagblad en vast nog wel meer mediapartijen schonken ‘ruimschoots’ aandacht aan de sensationele opmars van Oranje. “En dat is alleen maar goed te noemen”,
“Dan kun je zeggen ‘nu wel he?’, dat is ook wel deels zo, maar zo werkt het gewoon. Het voordeel is dat dit team nu de exposure krijgt die het verdient. En daar liggen ook gewoon hele grote kansen. Het TeamKPN Sportfonds (meer informatie: klik hier) staat dit jaar achter de ploeg met een financiële injectie. Er ligt nu een hele grote taak en verantwoording bij de bond om het ijzer te smeden nu het heet is. Zij móeten nu echt aan de bak om sponsoren te binden aan deze ploeg, of als dat niet lukt structureel interne financiën te verleggen, zodat de dames dit niveau vast kunnen houden. Ophouden met roepen dat het geld er niet is, in actie komen met een businessplan waar bedrijven graag deel van uit willen maken. Er zijn voldoende mensen die in het recente verleden hebben bewezen dat het geld er wel degelijk is. Wie niet bukt om een tientje op te rapen, zal nooit een tientje binnenhalen. Simpeler kan ik het niet onder woorden brengen.”, aldus de frontman van Face-Off.
NOC*NSF
Vlak voor de kerstdagen sprak Versteeve, in gezelschap met captain Savine Wielenga, met Anneke van Zanen, de voorzitter van NOC*NSF. “In dat gesprek wilden Savine en ik gewoon eens horen, waar de Nederlandse dames en het ijshockey in het algemeen nu staan bij de sportkoepel. Maar belangrijker nog: wat moet het ijshockey doen als sport en vooral IJshockey Nederland als bond doen, om échte ondersteuning vanuit NOC*NSF te krijgen. Daar hebben wij heel veel handvatten op allerlei vlakken in meegekregen. Een afschrift van dat verslag hebben wij eind december overgedragen aan Danny Micola von Fürstenrecht.“
“Het is nu aan hen om hier acties en vooral concrete topsportplannen op te schrijven. Dat is niet aan ons. We denken graag mee omdat wij vaak ‘anders’ tegen zaken aankijken, maar uiteindelijk is dat een zaak van hen. Zij moeten een feilloze casus neerzetten om structureel geld vrij te maken vanuit NOC*NSF. En dat gaat dan om dames ijshockey, dat heeft Van Zanen in ieder geval heel helder door laten schemeren. Niet de sport of de bond, maar het damesteam zou dan worden ondersteund. Het NOC*NSF zou heel graag eens een sportploeg naar de Winterspelen afvaardigen en niet alleen maar individuele sporters. Daar zijn onze dames natuurlijk de mogelijkheid bij uitstek voor. Zeker als het aantal teams tijdens het ijshockeytoernooi bij de Spelen ooit vergroot wordt naar tien of twaalf, zijn we ontzettend dichtbij.” blikt Versteeve terug op het prettige gesprek dat Wielenga en hij met Van Zanen voerde.
Het genoegen was geheel aan mij..met volle energie 2020 in!
— Anneke van Zanen (@AvZanen) December 24, 2019
DIVISIE 1A MOET DE BASIS ZIJN
In Divisie 1A komen is één, er blijven is twee. Wij geloven bij Face-Off heilig in de kansen om te handhaven op het komende WK, dat van 12-18 april in het Franse Angers gespeeld gaat worden. De ongekende drive, focus, wil om te winnen, er alles voor op te offeren en het onwijs mooie groepsgevoel dat wij zien binnen dit team, is de basis van het succes. Op eigen initiatief wordt er meegedacht, of meegezocht naar middelen en methoden om beter, maar vooral (conditioneel) sterker te worden. De leeuwinnen zijn doordrongen van het feit dat 1A het basisniveau moet gaan worden en hebben ook dit seizoen een grote stap in de goede richting gemaakt. Straks zal blijken of het genoeg is, maar de vier oefenduels tegen Oostenrijk (drie keer winst, één keer verlies na shootouts), bieden enige houvast. Oostenrijk pakte de afgelopen vijf jaar drie keer zilver en is de huidige nummer twaalf van de wereld.
GEEN WIJ TEGEN ZIJ, MAAR SAMEN
Steeds meer mensen sluiten het dames ijshockey in hun hart en omarmen de prestaties van dit bijzondere team. En dat is terecht. Zelfs mensen die nooit omgekeken hebben naar het vrouwen ijshockey, vinden er nu iets van in de vorm van opbouwende kritiek, Het moet afgelopen zijn met het wij tegen zij verhaal op dit vlak. Het is geen mannen tegen vrouwen kwestie. We hebben een sportploeg in onze sport, de dames, die het dichtstbij de wereldtop zit. En juist zij kunnen exposure genereren die neerdaalt op het gehele ijshockey. En dat is goed voor jeugdaanwas, één van de peilers van de bond. Er gebeuren goede dingen op U12, U14 en U16 talentontwikkeling bij de jongers, al ontbreken de jonge meiden nog op dat vlak. Ook daar moet aandacht voor zijn, zeker als de bond een lange termijn ambitie heeft om een kwalitatief nóg sterkere vrouwenleague op te zetten.
Laten we voor nu vooral massaal onze steun uitspreken richting de Oranje dames, waarvan het grootste gedeelte nog jaren mee kan. En waar de aanwas met U18 talenten als Esther de Jong, Michelle van Ooijen, Eline Gabriele, Iris van Houten en Emma Fondse ook nog eens klopt. En waar de komende jaren in Jong Oranje verder ontwikkeld wordt. Er komen hele mooie tijden aan voor het dames ijshockey. Dat is geen preken voor eigen parochie, dat is de realiteit. Een realiteit waarvan wij als ijshockeysport in de breedste vorm de vruchten van moeten plukken. Met het aanbrengen van focus en richting in bondsbeleid en technische beleid, geloven wij in ieder geval heilig in het succes en een enorme boost voor de sport. De hele sport wel te verstaan.